NOM roept op tot missiegedreven innovatiebeleid
Voor behoud en verduurzaming van de industrie in Noord-Groningen is een duidelijk missiegedreven innovatiebeleid noodzakelijk. Dit vereist scherpe keuzes, nauwere samenwerking en een sterk regionaal bestuur. Volgens Marijn Molema en Henri Kats van de NOM vraagt dit om een breed gedragen langetermijnvisie die maatschappelijke en economische belangen verbindt.
Dit artikel maakt onderdeel uit van de verhalenreeks over de nieuwe Industrie Agenda (zie de toelichting onder het artikel).
De industrie in de regio staat voor aanzienlijke uitdagingen. De betaalbaarheid van energie en het concurrentievermogen van bedrijven staan onder druk door externe factoren zoals de hoge energieprijzen en onzekerheid op de wereldmarkt. Een manier om deze uitdagingen aan te gaan is door te innoveren.
Innovatie
Een veelbelovende aanpak om innovatie concreet en tastbaar te maken voor het regionale bedrijfsleven is challenge-based innovatie. NOM is een van de initiatiefnemers van ChallengeBase, waar bedrijven specifieke uitdagingen formuleren waarvoor internationaal naar innovatieve oplossingen wordt gezocht, vaak in samenwerking met jonge scale-ups met bewezen technologieën.
Een goed voorbeeld hiervan is de Sustainable Industry Challenge welke nu 2 keer georganiseerd is door Chemport. Hierbij worden duurzame oplossingen uit de hele wereld opgehaald en actief gekoppeld aan bedrijven in Noord-Nederland. Volgens Henri Kats, investment manager bij de NOM, is juist deze vorm van gerichte innovatie essentieel: “Door challenges te formuleren, trekken we doelgericht talent en technologie aan die passen bij onze regionale economische en maatschappelijke ambities. Zo versterken we niet alleen onze eigen innovatiekracht, maar stimuleren we ook actief economische groei door waardevolle internationale samenwerkingen te creëren.”
Kats benadrukt dat innovatie alleen kans van slagen heeft als de economische randvoorwaarden op orde zijn: “Uiteindelijk gaat het om de businesscase. Bedrijven kijken naar de operationele kosten, zoals personeel en energie. Een transitieambitie is goed, maar die staat of valt met de betaalbaarheid.”
“Voor het behoud van deze industrie en de verduurzaming ervan is doorontwikkeling nodig. Dat kan door te specialiseren, door samenwerking te versterken en door het bestuurlijk vermogen te vergroten. Maar daarvoor is wel een langetermijnvisie nodig, een ‘missie’”, aldus Marijn Molema, strategisch adviseur bij de NOM.
Nieuwe propositie
Molema raadt aan om als regio gezamenlijk zo’n ambitie te formuleren en op basis daarvan een nieuwe propositie op te stellen voor het totale regionale ecosysteem: “Daarna moet je regionaal organiseren dat er geïnvesteerd wordt in die propositie met onder meer R&D en ervoor zorgen dat de benodigde financiering ook opgehaald wordt. Alle leiders in de regio, dus die van overheid, kennisinstellingen en bedrijven, moeten daar dan wel gezamenlijk en langdurig op inzetten.”
“Uiteindelijk gaat het om de businesscase. Bedrijven kijken naar de operationele kosten, zoals personeel en energie. Een transitieambitie is goed, maar die staat of valt met de betaalbaarheid.”
En dat is volgens hem niet altijd makkelijk: “Groningen is een provincie met veel tegenstellingen: tussen stad en ommeland, tussen links en rechts, tussen economie en natuur. Dat helpt niet bij het nemen van zulke grote beslissingen. Zo’n propositie moet namelijk wel wortels in de samenleving hebben. Het moet laten zien wat het de regio kost én wat het oplevert en hoe dat dan verbonden is met brede welvaart. Brainport Eindhoven heeft dat goed doordacht gedaan.”
Bredere blik
“De vergroening van de industrie in de Eemsregio biedt bijvoorbeeld via biogrondstoffen ook kansen voor de landbouw. Zo’n sector moet dan wel goed aangehaakt worden. Gelukkig is Chemport al bezig om dit beter te organiseren”, vult Kats aan.
Bij het opstellen van zo’n propositie is volgens beiden een breed blikveld verstandig. Molema: “Je kunt je afvragen of we voldoende zijn aangehaakt met Europese ontwikkelingen. Hebben we daarvoor voldoende connecties en intelligence? Kunnen we nog leren van regio’s als Zeeland, Limburg en Rotterdam?” Kats: “Ook zou men meer kunnen doen met de mogelijkheden van kennisinstellingen bij innovatie. En men kan meer inzetten op hoe men Brussel en Den Haag beter aangelijnd krijgt om de ambities hier te ondersteunen.”
Chemport heeft als ambitie om in 2030 koploper te zijn op het gebied van groene chemie in Europa. “De strategie van Chemport wordt goed gedragen door de partijen”, vertelt Kats, al ziet hij nog meer mogelijkheden voor de vergroening van de industrie in de Eemsregio: “Er kan bijvoorbeeld nog meer gekeken worden naar fermentatie en biogrondstoffen.”
Molema vult aan: “We kijken natuurlijk altijd kritisch naar het functioneren van de eigen regio. Met Chemport is er een ambitie geformuleerd waar anderen met bewondering naar kijken. We mogen in Noord-Nederland ook breder gezien best trots zijn op wat we hier al weten te bereiken.”
Over de Industrie Agenda
Op 3 juni bestaat SBE 50 jaar. Dit moment grijpen we niet aan om terug te blikken, maar om vooruit te kijken. Samen met leden, overheden en kennisinstellingen werken we aan een nieuwe Industrie Agenda. Deze bouwt voort op de succesvolle versie uit 2017 waarmee SBE de route wees naar klimaatneutraal produceren in de Eemsregio.
De nieuwe Industrie Agenda gaat verder: met de agenda slaat SBE een brug tussen de economische en sociale opgaven in de regio. Betaalbare energie en een goed vestigingsklimaat in een omgeving waarin het goed leven is en er voldoende mogelijkheden zijn om je te ontwikkelen.
De agenda wordt een oproep tot actie. Een uitnodiging om samen te werken aan brede welvaart in de regio. Ons doel is duidelijk: een aantrekkelijk en toekomstbestendig Noord-Groningen. En dat lukt alleen als we samenwerken.
Updates ontvangen? Schrijf u in voor onze nieuwsbrief of volg ons op LinkedIn!
-
Over ons
-
Thema's
-
Sectoren
-
Contact
Duurswoldlaan 2
9936 HA Farmsum
